61 Gefractioneerde distillatie
Hoe langzamer het distillatieproces verloopt des te zuiverder de alcohol zal zijn. Om een zo puur mogelijke alcohol te krijgen heb je een stookketel (still) met een distillatiekolom nodig. De kolom is een verticale buis welke minimaal 59 cm lang is. Deze kolom is gewoonlijk gevuld met een asymetrische vulling, welke een zo groot mogelijk oppervlak heeft. De stoom stijgt op in de kolom, totdat het afkoeld tot vloeibare alcohol. Het kookproces vind plaats vanuit de stookketel tot in de top van de kolom. Vanwege de verschillende kookpunten van water en alcohol, treed er een scheiding op in de kolom, hetgeen we fractioneren noemen. De temperatuur onder in de kolom wordt hetzelfde als in de stookketel (ongeveer 100º C) en de temperatuur boven in de kolom wordt, gestuurd door de warmtebron, 78º C. Tijdens het opstijgen in de
kolom koelt de stoom af, het beslag (water), met een hoger kookpunt, condenseert en vloeit terug in de stookketel terug, terwijl de alcohol de bovenkant van de kolom bereikt zonder te condenceren. Men kan de effectiviteit van de kolom vergroten door onder in de kolom twee à drie dunne buizen door de kolom te plaatsen, waardoor koelwater kan vloeien. Dit systeem koelt de kolomvulling plaatselijk iets af waardoor er een effectievere scheiding optreed; het water en de olieën worden sneller
DISTILLATIE 65
gecondenseerd. Door het bepalen van de doorstroomsnelheid van koelwater kan men de temperatuur in de top van de kolom reguleren. Snellere stroming van water geeft meer koeling, minder watertoevoer geeft een stijging van de temperatuur. Dit betekent dat men niet per sé een traploos instelbare warmtebron nodig heeft voor het distilleren. Men stelt de warmtebron ruwweg in en gebruikt de kraan, welke de koelvloeistofstroom regelt, voor de fijnafstelling.
Hoe hoger de kolom, hoe effectiever de werking. Voor thuisdistillatie is echter een kolom van 59 cm voldoende, een langere kolom laat slechts een zeer kleine verbetering zien.
Belangrijk: als er onder in geen koelingsbuizen door de kolom lopen, moet de lengte van de kolom 20 maal de diameter zijn en niet minder dan 120 à 150 cm. De kolom moet tevens geïsoleerd zijn. Een distillatie met een kolom staat gelijk aan acht gewone distillaties. Na de kolom wordt de alcoholstoom vloeibaar gemaakt in een condensatiekoeler.
De distillatie heeft het beste resultaat, als de temperatuur boven in de kolom op 78.15º C staat. 78.15º C produceert de zuiverste alcohol, omdat 95% alcohol een kookpunt heeft van 78.15º C. Als men een elektrische kookplaat gebruikt kan men een, daarvoor geschikte, traploos instelbare stroomregelaar plaatsen tussen de stroombron en de kookplaat. Dit geeft een “volumecontrole” van de warmte en de kookplaat kan op maximale hitte worden gezet.
Tijdens het opwarmen wordt de regelaar niet gebruikt, pas als de onderste 15 cm van de kolom warm is, wordt de regelaar ingesteld. Indien men slechts een beperkte hoeveelheid koelwater ter beschikking heeft en een te zwakke warmtebron, dan zal het distillatieproces gemakkelijk beïnvloed worden door tocht van deuren die open en dicht gaan, etc. De oplossing hiervoor is om de hitte- en watertoevoer iets te verhogen zodat het distillatieprocer stabieler word, bij dezelfde temperatuur boven in de kolom.
Distillatieapparaten moeten bij voorkeur worden geplaatst in een tochvrije ruimte. De eerste druppels van het distillaat (de kop), bestaat voornamelijk uit acetaldehyde en acetal, een stof welke erg op acetaldehyde lijkt. Verder bestaan deze eerste druppels uit aromaten. Dezen zijn niet giftig, maar zonder deze stoffen zal de smaak zeer sterk verbeteren.
66 DISTILLATIE
Wanneer het distillatieproces afgelopen is, en de stookketel voldoende is afgekoeld, wordt het beslag door het toilet gespoeld.
Het warme beslag heeft een bedorven lucht. Als het distillatieapparaat staat af te koelen mag men nooit de buis waar het distillaat uitdrupt afsluiten, anders ontstaat er een vacuum. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat als de warme lucht en het kokende beslag afkoelen, zij tevens krimpen en aanzienlijk minder ruimte gaan innemen. Indien het beslag wordt verwarmd in een glazen fles, zal deze fles door de onderdruk gaan imploderen. Als de stookketel van roestvrijstaal is zal de ketel ineenkrimpen, net zoiets als een dweil welke je uitwringt. Om dit te voorkomen moet direkt na het einde van het distillatieproces de thermometer boven in de kolom verwijderd worden en tevens moet altijd de connectie tussen de kolom en de ketel losgemaakt worden. Dit alles om buitenlucht toe te laten zodat de drukverschillen (tussen ketel en buitenlucht) geneutraliseerd worden.